My work

De rode draad door mijn werkende leven is samen te vatten als ‘dokters en kwaliteit’. Of iets specifieker, de kwaliteit van (het functioneren van) medisch specialisten. Op deze pagina vertel ik daar meer over en op deze website kunt u vinden wat dat heeft opgeleverd (mijn performance), wat me nu bezighoudt (mijn nieuws) en waar ik mee bezig ben (mijn agenda).

Trots

Ik sta er niet zo vaak bij stil, maar als ik dat wel doe – zoals nu bij het schrijven van deze tekst –, dan moet ik bekennen dat ik er best trots op ben dat professional performance van artsen als thema ‘staat’. In het bijzonder dat ik het heb kunnen helpen vormgeven door onderzoek en praktijk samen te laten evolueren. Zowel mijn jarenlange ‘rondkijken’ in de praktijk van de medisch specialistische gezondheidszorg (lees verder op deze pagina) als mijn benoeming tot hoogleraar Professional Performance (AMC/UvA, 2013) zijn daarbij belangrijk gebleken. Het wetenschappelijk onderzoek ondersteunt, stimuleert, evalueert en stuurt zo de praktijk van professional performance van medisch specialisten. De praktijk vraagt, remt zo nodig, en voedt het wetenschappelijk onderzoek. Volgens mij een win-win.

Ik ben een pionier, bewandel nieuwe wegen. Ik leg linkjes en verbind: mensen, ideeën, theorieën, mogelijkheden. Ik voel me rijk met een geweldige onderzoeksgroep waaraan ik in het AMC leiding mag geven. Ambitieuze, creatieve, eigen-wijze en zorgzame mensen, wie wil nou niet zo’n werkomgeving?

Hoezo dokters?

Eigenlijk ben ik geïnteresseerd in alles wat artsen beweegt en wat ze laten zien in de uitoefening van hun vak. De dokters zelf (wat drijft hen, hoe kijken ze naar zichzelf en naar de wereld, hoe leren ze, hoe oordelen ze?), hun werk (hoe voeren ze hun praktijk, hoe combineren ze al die verschillende professionele rollen, hoe zouden ze zich staande?) en de uitkomsten van hun handelen (voelt de patiënt zich gezien en gehoord, wordt de patiënt er beter van, hoe meten ze kwaliteit, verbeteren ze ook als dat kan?).

Mijn CV in het kort

In mijn diverse functies heb ik ontzettend veel kunnen ‘rondkijken’ in de praktijk. Ik heb gewerkt met en geleerd van individuele artsen/specialisten, hun vakgroepen, ziekenhuisorganisaties, hun wetenschappelijke verenigingen en koepelorganisaties. Ik heb me verplaatst in verschillende perspectieven.

Ik studeerde in Rotterdam bij het instituut Beleid en Management Gezondheidszorg (iBMG). Deze studie bood me een brede oriëntatie op de gezondheidszorg; voor het begrijpen van ons complexe zorgsysteem kan ik nog steeds terugvallen op de kennis die toen werd aangereikt. Dit laat onverlet dat ik me specialiseerde en koos voor een focus op de medisch specialistische zorg. Sinds 1991 bekleed(de) ik verschillende rollen in de intramurale, curatieve gezondheidszorg: onder andere als adviseur kwaliteit van specialisten bij het Kwaliteitsinstituut CBO (Utrecht), als zelfstandig organisatieadviseur, als hoogleraar Professional Performance (AMC/UvA, Amsterdam), als lid van de ZonMw programmacommissie (thans: Gender & Gezondheid), van de Wetenschappelijke Advies Raad van de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Zorg en Welzijn (NVTZ, tot 2017) en van diverse Raden van Toezicht (thans Amphia Ziekenhuis, Breda. Voorheen de St. Anna Zorggroep, Geldrop - tot 2012, en van Stichting Pink Ribbon).

Na het afronden van mijn proefschrift over ‘Visitatie van medisch specialisten’ (UvA, 2003), ben ik nauw betrokken geweest bij de ontwikkeling van het nieuwe kwaliteitsvisitatiemodel (OMS en CBO, 2004), was ik projectleider van het landelijke project evaluatie van het Individueel Functioneren Medisch Specialisten (IFMS, 2007) en begeleidde, en soms trainde, ik vele medische vakgroepen bij allerhande vraagstukken. Sinds 2007 is daar ook de kwaliteit van de medische vervolgopleidingen bijgekomen en werkte ik onder andere mee aan de totstandkoming van de twee zogenoemde rapporten Scherpbier (Rapport Scherpbier in 2009, over de Kwaliteitsindicatoren voor de opleidingen, en 6 jaar later rapport Scherpbier 2.0, over het Kwaliteitszorgkader vervolgopleidingen).

Voor de vervolgopleidingen ontwikkelde ik samen met medisch specialisten, aios en onderzoekers, in 2006 het SETQ-systeem (System for Evaluation of Teaching Qualities) met behulp waarvan de opleidingskwaliteiten van individuele medisch specialisten kunnen worden geëvalueerd. Inmiddels zijn we tientallen publicaties over het SETQ-systeem verder (zie mijn publicaties). De SETQ bleek het begin te zijn van de ontwikkeling van het Professional Performance & Compassionate Care (PP&CC) programma. Ingewijden kennen bijvoorbeeld ook enkele andere evaluatiesystemen die nu onderdeel zijn van het PP&CC-portfolio zoals de D-RECT, TeamQ, INCEPT en VITA. Op website van de onderzoeksgroep Professional Performance & Compassionate Care (www.professionalperformance-Amsterdam.com) kunt u zich hierover informeren.

Graag blijf ik - met mijn groep onderzoekers en praktiserend artsen - het vakgebied professional performance & compassionate care ont-wikkelen aan de hand van actuele thema's. Enkele van die thema's zijn de vitaliteit van artsen, het opleidingsklimaat binnen de vervolgopleidingen en de relatie ervan met de kwaliteit van zorg, en de manier waarop medisch specialistisch bedrijven (MSB's) het functioneren en presteren van hun leden bewaken en verbeteren. Sinds mijn recente fellowship aan Stanford University, CA, USA, ben ik ervan overtuigd dat de instroom van vrouwen in de geneeskunde veel positiefs kan betekenen voor de humanisering van de patiëntenzorg.